INTEGRAL WORLD: EXPLORING THEORIES OF EVERYTHING
Een onafhankelijk forum voor een critische discussie van de integrale filosofie van Ken Wilber



powered by TinyLetter
Today is:
Publicatie data van essays (maand / jaar) zijn te vinden onder "Essays".

KLAAR OM TE WENDEN?

Afscheid ex-SER voorzitter Herman Wijffels
opgeluisterd door Don Beck en Ervin Laszlo

Frank Visser


Herman Wijffels

"Het roer moet om!" In de politiek krijg je al snel mensen op de been met deze slogan—ook al is misschien niet meteen duidelijk wat de nieuwe koers is (of wat de oude was), laat staan waar het roer eigenlijk zit. Op de door het Center for Human Emergence in Nederland georganiseerde manifestatie "Klaar om te wenden?" werd vrijdag 31 maart 2006. deze beeldspraak in ieder geval succesvol ingezet. In een tijdsbestek van amper zes weken werden een kleine 1.000 mensen naar een tot evenementenhal omgetoverde fabriekshal gelokt, op het desolate Maarssense industrieterrein. Het vormde de afsluiting van het afscheid van Herman Wijffels van zijn voorzitterschap van de Sociaal-Economische Raad. Op zijn verzoek waren Don Beck en Ervin Laszlo uitgenodigd hun visie te geven op ?De koers van Nederland?. Ook werd het boek van Peter Merry (mede-oprichter van het CHE-NL) Evolutionair Leiderschap, waarvoor Wijffels het voorwoord schreef, aan het publiek gepresenteerd.

Het publiek kreeg in ieder geval een perfect georganiseerde voorstelling voorgezet. Terwijl het hele gebeuren op film werd vastgelegd, konden we op grote schermen close-ups zien van degene die het woord voerde. Door de opstelling van twee steile tribunes tegenover elkaar, met een smalle strook voor de sprekers in het midden, ontstond er al snel een intieme sfeer. De lezingen van de sprekers werden afgewisseld met oefeningen, zoals het uitvoeren van de wave—eerst simpelweg van beneden naar boven, daarna volgens een stelregel die veel mensen zal zijn ontgaan: blijf zitten als de drie mensen voor je een symmetrisch patroon vormen (bijvoorbeeld: zittend/staand/zittend, or staand/staand/staand), maar ga staan als dit patroon asymmetrisch wordt. Een aardige illustratie van het gegeven dat het verbreken van symmetrie leidt tot nieuwe patronen. Al snel was de chaos compleet, wat volgens de gespreksleidster dan ook een illustratie was van de chaos-theorie... Ook treffend was de oefening, iemand op de tegenoverliggende tribune in het vizier te nemen, en je af te vragen hoe die persoon zich een betere wereld voorstelde.

Herman Wijffels opende de rij sprekers, met een korte impressie van hoe hij zich de nieuwe koers voorstelde. Deze zou de nadruk minder leggen op industrie, maar meer op informatie (daarbij de industrie niet uitsluitend, maar insluitend, indachtig het transcend-and-include principe van Wilber). Ook een hernieuwde aandacht voor de natuur zou daarvan een belangrijk kenmerk zijn (Wijffels is voorzitten van de Vereniging Natuurmonumenten). Vooral vrouwelijke waarden in het algemeen zouden daarin naar zijn verwachting centraal komen te staan. In de gezondheidszorg zou de nadruk niet meer liggen op wat mensen niet (meer) kunnen, maar op wat ze (nog) wel kunnen, vanuit de empowerment-gedachte. Sowieso zouden mensen meer moeten uitgaan van hun innerlijk en hun kracht, in plaats van wat hun eigen milieu of cultuur ze voorschrijft. Ze zouden zich ook minder moeten laten leiden door materi?le behoeften en hun bevrediging.

Ik vroeg me af hoe deze voortgestelde "wending" dan precies te duiden viel binnen het bestaande politieke spectrum. Aandacht voor de natuur en het vrouwelijke (emancipatie) zijn traditioneel linkse waarden, terwijl het stellen van grenzen aan de verzorgingsmaatschappij meer een rechts thema is. Deze vraag bleef de hele avond eigenlijk onbeantwoord, alsof de sprekers zich voorstelden dat de nieuwe maatschappelijke koers geen raakvlak had met de bestaande situatie. In Nederland is er om de zoveel jaar sprake van een koerswijziging: na twee paarse kabinetten, en twee Balkenende-termijnen lijken we nu weer een wending naar links te maken met de aanstaande verkiezingsoverwinning van Wouter Bos. Dit laveren tussen links en rechts is echter vermoedelijk niet wat de organisatoren voor ogen stond. Aangezien het begrippenkader van Spiral Dynamics deze avond vrij centraal stond, is het verleidelijk Wijffels' aanzetten tot een toekomstvisie daarmee nader te duiden.

Spiral Dynamics is kort gezegd een theorie over de ontwikkeling van waardepatronen in de mens en de samenleving, die door de Amerikaanse psycholoog Clare Graves—een tijdgenoot en geestverwant van Maslow—is ontwikkeld. Zij spraken over lagere en hogere behoeften, c.q. waarden. Beiden maakten ook een belangrijke tweedeling binnen hun model, Maslow tussen enerzijds gebreks-behoeften (deficiency needs) en zijnsbehoeften (growth needs of being needs); bij Graves is sprake van onderhoudsniveaus (subsistence levels) en zijnsniveaus (being levels). De overgang van de eerste reeks (first tier) naar de tweede (second tier) werd door Graves zelfs "een reusachtige sprong" (a momentous leap) genoemd. Wat huiselijker gezegd gaat het hier natuurlijk om de verandering van "hebben" naar "zijn". Inderdaad een reusachtige wending... En beide fasen laten zich weer nader onderverdelen. Drie typen waardenorientatie zijn in dit verband relevant (Spiral Dynamics duidt ze gemakshalve aan met kleuren): prestatiegericht/strategisch (ORANJE), communitair/egalitair (GROEN) en integraal (GEEL).

Stadia wisselen elkaar daarbij af in hun nadruk op het individu, danwel op de gemeenschap. Zo is het ORANJE stadium meer op het individu en zijn prestaties gericht, is het GROENE stadium vooral een wij-stadium, waarbij de eisen van de groep en de cultuur gehonoreerd worden, en is het toekomstige GELE stadium relatief gezien weer meer individualistisch. Binnen deze zig-zag-koers kan de overgang van GROEN naar GEEL als een wending worden gezien (of als een "verrechtsing", binnen het traditionele politieke spectrum, al gaat het hier dan om een vorm van rechts op een hogere wending van de spiraal. De overgang van ORANJE naar GROEN is eerder een "verlinksing"). De waarden die Wijffels naar voren haalde als wenselijk leken mij voor het grootste deel bij het GROENE stadium te behoren: aandacht voor de natuur, het vrouwelijke, het innerijk, de zachtere krachten—dit zijn in het algemeen waarden die door de prestatiegerichte ORANJE cultuur zijn onderdrukt. Alleen het streven bij arbeidsongeschikten meer te letten op wat ze wel kunnen in plaats van niet, zou je als voorbeeld van een GELE waarde kunnen zien. Het gaat daarbij, zo benadrukte hij, om het behoud van de gedachte van de verzorgingsstaat, maar met een accentverschuiving naar de eigen verantwoordelijkheid van de mens.

Een vergelijkbare polariteit vind je overigens terug in het traditionele links/rechts denken. Vooral Wilber heeft dit inzichtelijk gemaakt. Links ziet de oorzaken van menselijke en/of maatschappelijke problemen en hun oplossing veelal in de buitenwereld (de maatschappelijke structuren), terwijl rechts die in het eigen innerlijk legt (karakter, eigen inspanning). En heel interessant: beiden koesteren karikaturen over elkaar: rechtse mensen zijn voor links "zakkenvullers"; linkse mensen zijn voor rechts "potverteerders"—zelden komt het voor dat iemand links en rechts neutraal kan bekijken als halve waarden die samengevoegd kunnen en moeten worden binnen een integrale visie. D'66 heeft dat in Nederland geprobeerd, maar dan zie je op termijn dat mensen dat "saai" gaan vinden—voor halve waarheden lopen mensen immers sneller warm. Het interessante van Spiral Dynamics is nu dat aan de horizontale typologie van Links vs. Rechts een vertikale dimensie van groei wordt toegevoegd.

In Spiral Dynamics ziet men de opeenvolging van stadia als een proces waarbij het volgende stadium als het ware wordt opgeroepen door de uitwassen van het voorgaande stadium—of zoals men het uitdrukt, doordat de levensomstandigheden (life conditions) complexer worden, zodat een complexere benadering nodig is om deze problemen het hoofd te bieden. Zo roept het RODE stadium (impulsief/egocentrisch) de behoefte op aan de overkoepelende morele kaders van van het BLAUWE stadium (doelgericht/autoritair). Maar een teveel aan morele kaders wordt benauwend, wat het ORANJE stadium (prestatiegericht/strategisch) heeft opgeroepen, waarin wetenschap en economische welvaart een hoge vlucht hebben genomen. De excessen van deze materialistische vooruitgang hebben de GROENE sociaal-democratie voortgebracht, met zijn aandacht voor de kansarmen in de samenleving. Een teveel daarvan heeft de huidige problemen in de multiculturele samenleving veroorzaakt; en hierop zou een toekomstige GELE cultuur dan het passende antwoord kunnen zijn.

In het boek Spiral Dynamics lezen we een treffende beschrijving van een cultuur die beland is in de laatste fase van het GROENE denken (vrij vertaald, met weglating van het SD-jargon):

"De laatste fase van GROEN gaat gepaard met twijfels over de effectiviteit van het collectivisme en een herontdekking van de individualiteit, die binnen die levensomstandigheden in de verdrukking was geraakt... De eerste desillusie met GROEN begint als de slinger omslaat [de wending!] van controle-van-buitenaf (communaal/collectief] naar controle-van-binnenuit. De eerste vragen die rijzen hebben te maken met de kosten van al die zorgverlening... Samenlevingen die de GROENE fase verlaten beginnen te beseffen hoe kostbaar het is om iedereen te onderhouden zonder daarvoor de een of andere eigen bijdrage te verwachten, anders dan het aanwezig zijn bij het uitdelen van de bijstand. Dit wordt vooral duidelijk als de toenemende immigratie het leger behoeftigen doet aanzwellen... Sommige Noord-europese landen bevinden zich in deze fase van ontwikkeling... (Don Beck & Chris Cowan, Spiral Dynamics, Engelse editie, pp. 271-272).

Het staat op slechts twee bladzijden uit het hele boek, maar je zou wensen dat de auteurs anno 2006 een uitgebreidere update hiervan zouden geven, toegespitst op de Nederlandse situatie! De auteurs voorzien een terugval in economische zuinigheid, dogmatische rechtlijnigheid of manifestaties van ongebreideld egoïsme, als niet de stap vooruit kan worden gezet naar het volgende stadium van waardenoriëntatie. Valt eigenlijk niet de totale Nederlandse politieke situatie sinds de dood van Pim Fortuyn tot heden in dit kader te bezien?

Tijdens de avond werd herhaaldelijk de unieke situatie van Nederland benadrukt. Niet omdat we zulke bijzondere mensen zijn, maar omdat we door onze economische welvaart en sociale verworvenheden relatief gezien het verst zijn in het doorlopen van de fasen van sociaal-maatschappelijke ontwikkeling. Alleen een land met een hoog welvaartspeil kan het zich veroorloven een verzorgingsstaat in stand te houden, en zal te maken krijgen met de uitwassen daarvan, die om een passende respons vragen. (Het is dan ook niet toevallig dat het Center for Human Emergence voorlopig alleen in Nederland en Denemarken begint aan te slaan, en dan nog heel voorzichtig). Nederland is als het ware een proeftuin waarin oplossingen kunnen worden bedacht voor problemen met multiculturalisme en de kosten van de zorg, die andere landen in de wereld vroeg of laat ook het hoofd moeten kunnen bieden. Dat wil niet zeggen dat deze experimentele gedachten door de rest van de wereld in dank zullen worden aanvaard; ieder land heeft zijn eigen stadiaspecifieke problematiek. Om maar eens iets te noemen: alle Chinezen willen nog steeds een ijskast en een mobieltje (iets waar westerse bedrijven met alle gretigheid op in zullen springen). Enige nuchterheid is daardoor wel geboden.

De voordracht van Wijffels kon in het kader van deze avond niet anders dan impressionistisch zijn, maar vraagt om nadere uitwerking en onderbouwing. In de daaropvolgend lezing van Ervin Laszlo, bekend auteur op het gebied van het holisme en het evolutionaire denken, werd een en ander in een groter kader gezet. Hij haalde daarbij breed uit, en liet zien dat in de cultuurgeschiedenis perioden van relatieve stilstand (evolutie) werden afgewisseld door periode van relatief snelle verandering (revolutie). Zo zijn vrij abrupt uit de culturen van jagers en verzamelaars de landbouwculturen verschenen, die weer plaats hebben gemaakt voor de industriële stadscultuur. En volgens Laszo bevinden we ons nu in een dergelijke tumultueuze periode van verandering, op weg naar een post-industriele samenleving (je zou ook kunnen zeggen, de informatiemaatschappij). Als snel bracht Laszlo zijn specialisme in de discussie, door er keer op keer op te hameren dat wij uiteindelijk slechts een onderdeel vormen van de natuur, en we de eisen van de natuur daarom niet ongestraft kunnen negeren. Geconfronteerd met de problematiek van de opwarmende aarde wordt de oproep een andere koers te varen ineens tamelijk urgent. Volgens Laszlo moet onze mechanistische visie plaats maken voor een organische. Deze overgang kan inderdaad als een reusachtige wending worden voorgesteld. Maar de vraag moet wel gesteld worden of deze analyse wel klopt. Zijn we uiteindelijk slechts een onderdeel van de natuur? (We zijn er afhankelijk van, maar dat is iets anders.) Ken Wilber heeft in zijn hoofdwerk Sex, Ecology, Spirituality (1995) een zeer uitvoerige kritiek geleverd op deze in zijn ogen "biologistische" visie, daarbij Laszlo met name noemend. Hij bestrijdt dat wij uiteindelijk onderdeel vormen van de natuur, de biologische dimensie is eerder onderdeel van ons wezen. Niet wat we gemeen hebben met de natuur, maar wat ons daarvan onderscheidt, is zijns inziens fundamenteel voor een spirituele visie. Hier liggen nog heel wat theoretische knopen om te ontwarren. Wilber benadert deze problematiek vanuit de menswetenschap; Laszlo vanuit de exacte wetenschappen van biologie en systeemtheorie.

De derde spreker, Don Beck, grondlegger van de Spiral Dynamics, besefte in ieder geval heel goed dat de belangrijkste ontwikkelingen juist in de sfeer van het mentale gebeuren. Beck is net terug van een bezoek aan het Midden-Oosten, waarvan hij op de hem eigen wijze verslag deed. Hij poneerde de uitdagende stelling dat het in het huidige Midden-Oosten niet om religie gaat, zoals het in het toenmalige Zuid-Afrika niet om ras ging, wat betreft de kern van het conflict. Veeleer zijn er botsende waardepatronen, die aan het licht gebracht moeten worden voordat aan een oplossing kan worden gedacht. Bij Beck zit je dus helemaal in de sfeer van de cultuurwetenschap, en wordt een biologistisch kader—terecht—verlaten. Beck gaat in dit opzicht verder dan Huntington, die in zijn The Clash of Civilizations betoogde dat de diverse cultuurgroepen—westers, slavisch, chinees, islamitisch, afrikaans, enzovoorts—op gespannen voet met elkaar staan. Beck voegt een verticale dimensie toe, waardoor inzichtelijk wordt dat mensen zich alleen in een bepaalde fase van hun ontwikkeling laten leiden door hun eigen cultuur, maar daar ook bovenuit kunnen groeien tot een wereldburger. (Vergelijk ook Mark Heirman, Beschavingen botsen niet en Ken Wilber, A Theory of Everything, voor verwante redeneringen). Het zou te wensen zijn als dit gedachtengoed door een bekwaam journalist eens onder de aandacht werd gebracht van het krantenlezende publiek. Dat blijkt vrij lastig te zijn door de geheel eigen taal, compleet met een esoterisch aandoende kleurenleer, die in de Spiral Dynamics is ontwikkeld. En dat is jammer. Hopelijk wordt in het Center for Human Emergence die vertaalslag nog gemaakt. Peter Merry, die de avond afsloot met een originele en kunstzinnige bijdrage aan de discussie, heeft in ieder geval in zijn boek Evolutionair Leiderschap al een poging gedaan de gronddenkbeelden van Spiral Dynamics, maar ook van Wilbers integrale theorie en van de inzichten van de spiritueel leraar Andrew Cohen, toe te passen op de problemen van management en maatschappij (zie de rubriek Uitgelezen elders in dit nummer).

http://www.klaaromtewenden.nu/

Panta, nr. 42, zomer 2006.